Kleurencirkels - Stap voor stap

Het stapsgewijs oplossen van een kleurafwijking tussen de gemengde kleur en de auto:

  • Kies cirkel A voor donkere unikleuren met minder dan 10% wit
  • Kies cirkel B voor unikleuren met meer dan 10% wit
  • Kies cirkel C voor effect kleuren

Ga als volgt te werk:

  1. De mengkleuren uit de kleurformule worden op de cirkel met elkaar verbonden. In dit kleurgebied wordt een referentiepunt geplaatst. 
  2. Op de licht/donker contrast balk wordt eveneens een referentiepunt geplaatst. 
  3. De kleur wordt dan beoordeeld ten opzichte van de autokleur. 
  4. Als de autokleur een verschil vertoont in kleurrichting, wordt dit verschil op de cirkel aangegeven met een pijl. 
  5. Als de autokleur een verschil vertoont in verzadiging (vuiler of schoner), wordt dit ook met een pijl aangegeven. 
  6. Na volledige evaluatie van de kleur, wijzen de pijlen in een bepaalde richting en is het duidelijk welke mengkleur-(en) gebruikt dienen te worden voor de bijstelling van de kleurformule. 
  7. Als de kleurafwijking een licht/donker contrast betreft, dan zal de pijl op de balk naar boven of naar beneden gericht staan en wordt aangegeven welke zwarte of witte mengkleur gebruikt dient te worden. 
  8. Als het een effectkleur betreft, dan wordt ook de flop beoordeeld. Op de C-cirkel staan ook de kleurflop richtingen aangegeven. 
  9. Op de gekantelde cirkel staan multi effect toners aangegeven. 
  10. Op de linker balk staan de metallics aangegeven voor aanpassingen in flop 1, flop 2 of face tone. 
  11. Op de rechter balk staan wit en zwart voor de licht en donker waarden.